‘Mensen zijn de motor van dit bedrijf’, trapte de HR-manager het beraad af.
‘Mensen?', siste de productmanager met een flauw lachje om de mond. ‘Het gaat toch zeker om onze producten?’
‘Oh ja?’, merkte de salesmanager vilein op, ‘en wie verkoopt al die producten van jou?’
‘Dat is helemaal niet de vraag’, riep de accountmanager met overslaande stem, ‘de vraag is: hoe krijg je die klant van jou zover dat hij die producten koopt.’
‘Ja precies’, riep de Marketing Communications Manager daar achteraan, ‘maar als ik vragen mag: hoe kom jij aan die leads en prospects? Zou mijn werk daar misschien wat mee te maken kunnen hebben?’
‘Zoals ik al zei’, herhaalde de HR-manager zichzelf, ‘wij mensen zijn de motor van dit bedrijf.’
Met de hem kenmerkende dictie, mengde zich nu de bedrijfsjurist in de discussie: ‘Het zijn niet de mensen, maar de contracten met die mensen, met onze klanten, met onze financiers en met onze toeleveranciers. Als organisatie zijn we uiteindelijk niets meer of minder dan een bundel afspraken.’
Moedeloos bezag de CEO de Poolse landdag die nu ontstond en verzuchtte nauwelijks hoorbaar: ‘Zonder een gezamenlijk verhaal kom je hier dus nooit uit.’
Comentários